|
Zelfmoord van het neoliberalisme
reëel rauw, in de gauwte, zwart:
Raaf, je was best weinig verbloemend boeiend mee met deze tijd -die waarin je renaissance net als je bedoelde wit van visie afstierf- ; zoals de zangvogel in je, en het neoliberaal maatschappelijk onder gaan ongetroost gevederd zwalpte, kraaizong, deinde op de hedendaagse golven , de stormzee van ons twee
-ziet 'm Klauwen nu-
het gezegde zijnde, ook wit, rap:
Crisis; jij, gevederde troost sloot een beurs die crashte sloopte een driehoeksland met wegen ontwikkelingslandig en bracht ons uit baan rond de aarde doordat de hemisfeer van onze harten nauwelijks raakten. Als ravenduo sloten we dit pact met de wolven, windstil, in de treurwilg van ons hart: maatschappelijk keuzehard
-ziet 'm Pronken nu-
de achterklap, wit noch zwart; even op zijn gat:
Zelfvoorzienend; zal het wezen! Bloesemhuid witgeel gemolken druipt de elderflowerslimonade -eigen geplukt geluk- voortaan liefkozend langs je trilhaartjes tot daar, aan de vakbondsstaking: ooit geschikte geschiedenis nu beschikkende automutilatie zoals zwiepende treurwilgtakken, die potig rond je benen striemen. Alleen je herwonnen , zelf geronnen, stem maakt de veren van de neoliberale toekomst , wie weet, weer schoon!
-ziet 'm Kraaien weer-
|